'historisch' kwik zou de tonijn vervuilen...
Ondanks 50 jaar kwikreductie blijft het gehalte in tonijn hoog. 'Historisch kwik' op de zeebodem is de schuldige. Missen we een cruciale blinde vlek?
Ondanks 50 jaar drastische emissiereductie van kwik, blijkt dat niet uit de hoeveelheden kwik die gevonden wordt in tonijn. Dat is in al die tijd constant gebleven. Aldus dit artikel in Foodlog. Hoe kan dit? Wetenschappers denken een verklaring gevonden te hebben: het zou gaan om ’historisch kwik' dat over de eeuwen heen is neergeslagen op de zeebodems. Tonijnen jagen in gebieden waar het water tot op grotere diepte warm is waardoor ze diertjes eten die op hun beurt van de met oud kwik vervuilde zeebodems hebben gegeten. En de oplossing is er volgens hun ook: “om echt minder kwik in de oceaan te krijgen, moeten we kwikuitstoot nog drastischer verminderen." Zou het echt?
Niets nieuws
Op zichzelf is bovenstaande geen nieuws. Wet weten allang dat door de hiërarchie van de voedselketen al het gif zich uiteindelijk ophoopt in de hoogste levensvormen met aan de top de mens. In het geval van kwik dus via de consumptie van tonijn.
En dan nog iets. Misschien nog iets essentiëlers, fundamentelers. Kwik komt, net als andere giftige elementen van nature voor in de aardkorst en is dus intrinsiek deel van ons ecosysteem. Om die reden alleen al is kwik onvermijdelijk in aanraking gekomen met levende organismen en aldus in onze voedselketen terecht gekomen. De echte vraag is dus of dat kwik in de oceanen daar van nature al aanwezig was of dat het door menselijk handelen daar terecht is gekomen. En hoe is dat bepaald?Volgens toxicologen kan kwik al bij zeer kleine hoeveelheden giftig zijn.
Maar hoe verhoudt zich dat met de constatering dat kwik van nature aanwezig is in ons milieu en dus onze voedselketen?
Is kwik onder alle omstandigheden giftig en schadelijk of toch soms niet?
Dat heeft op de eerste plaats natuurlijk te maken met de hoeveelheid. Kwik is heel giftig en pas bij extreem kleine hoeveelheden ongevaarlijk. Aldus de toxicologie.
En nog iets anders...
Maar er is nog iets anders wat de giftigheid bepaalt.Mineralen, elementen en spoorelementen zijn in anorganische vorm niet of nauwelijks opneembaar. Het lichaam ziet ze als lichaamsvreemd en zijn daarom belastend of erger, afhankelijk van de dosis.Mineralen, elementen en spoorelementen die bio-actief zijn ofwel getransformeerd zijn in organische vorm, zijn daarentegen wel opneembaar (ze zijn tot 10.000 keer kleiner en kunnen makkelijk door de celwand getransporteerd worden).
Het lichaam ziet ze niet als lichaamsvreemd en zijn dus om die reden niet gevaarlijk.
Fulvinezuur
Fulvinezuur dat in de bodem ontstaat als restproduct van het bodemleven, speelt hierin een sleutelrol omdat het in staat is de anorganische elementen op atomair niveau aan zich te binden ('cheleren' met een duur woord) en daarmee bio-actief te maken. Omdat fulvinezuur oplosbaar is in water kunnen planten ze heel makkelijk opnemen en aldus kunnen de mineralen als voedingsstoffen in de cellen worden afgeleverd.
Omdat wij mensen direct of indirect via dieren planten eten komen wij zo aan onze mineralen.
De vraag is dus wat de vorm is van het kwik dat in tonijn gevonden wordt (anorganisch of bio-actief) en of dat überhaupt wel bepaald kan worden.
Misschien consumeert tonijn door zijn aard en type voedsel wel meer dan gemiddeld bio-actieve kwik. Het zou toch raar zijn dat alleen tonijn ongewild in aanraking komt met grote dosissen anorganisch kwik en andere vissen die in hetzelfde milieu zwemmen niet?